Vroegere bewoners

Het echtpaar Jacob Cornelisz. Breet en Grietje Jansd. de Jager bewoonde het Honig Breethuis tijdens het tweede kwart van de negentiende eeuw met hun jongste twee kinderen, Maartje en Jan. De oudste twee, Grietje en Cornelis, woonden toen reeds op zichzelf. Dochter Aagje stierf in 1824 de verdrinkingsdood. Jacob erfde de ouderlijke woning na het overlijden van zijn moeder, Grietje Klaas Nen in 1826. Evenals zijn oudere zus Aagje en jongere broer Klaas kwam Jacob Cz. Breet in het Honig Breethuis ter wereld. In de herfst van 1817 liet het gezin Breet zich in pastelkrijt portretteren door de reizende kunstenaar Wijnand Esser (1779-1860).

Grietje_Klaas_Nen_ZOV-04387_vierkant

Grietje Klaas Nen (1744-1826)

Tweede echtgenote van de witpapierfabrikeur Cornelis Breet, die samen met zijn broer Arent het bedrijf C. & J. Honig aankocht. Cornelis en Grietje Nen huwden in 1767 en kregen de kinderen Grietje, Jacob en Klaas. Sinds 1770 bewoonde het gezin het Honig Breethuis. Cornelis woonde eerder op Lagedijk 16 en was eveneens eigenaar van de Bredenhof.

Grietje_Cornelisd._Breet_vierkant

Grietje Cornelisd. Breet (1772-1830)

Dochter van de witpapierfabrikeur Cornelis Breet en Grietje Klaas Nen. Huwde de Kooger oliefabrikeur en walvisreder Cornelis Klaasz. Honig (1773-1845), met wie zij vijf kinderen kreeg: Machteltje, Neeltje, Klaas, Cornelis en Gerrit. Woonde in de Dubbele Buurt te Koog aan de Zaan. Dit woonhuis is in 1939 herbouwd in het Openluchtmuseum te Arnhem.

GRIETJE_JANSd_DE_JAGER_vierkant

Grietje Jansd. de Jager (1776-1837)

Kleindochter van de Kooger burgemeester Evert de Jager. Huwde in 1798 Jacob Cornelisz. Breet met wie zij de kinderen Grietje, Cornelis, Aagje, Maartje en Jan kreeg. Daarnaast baarde zij twee kinderen die kort na de geboorte stierven. Bovendien moest zij haar dochter Aagje na een verdrinkingsdood ten grave dragen. Zelf ligt Grietje met haar man begraven op de Algemene Begraafplaats in Zaandijk.

JACOB_CORNELISZ._BREET_vierkant

Jacob Cornelisz. Breet (1778-1847)

Witpapierfabrikeur ter firma C. & J. Honig Breet met zijn jongere broer Klaas Breet. Huwde in 1798 Grietje Jans de Jager en kreeg met haar de kinderen Grietje, Cornelis, Aagje, Maartje en Jan. Werd geboren in het Honig Breethuis en erfde de woning bij het overlijden van zijn moeder. Daarna liet hij de kamer aan de dijkzijde verfraaien met behangselschilderingen en gaf bovendien opdracht tot de bouw van een luchthuis aan de Zaan.

Klaas_Cornelisz_Breet_vierkant

Klaas Cornelisz. Breet (1784-1846)

Witpapierfabrikeur ter firma C. & J. Honig Breet met zijn oudere broer Jacob Breet. Kocht de papierfabrikeurswoning aan de Lagedijk 48, waar voorheen zijn oom Arent Breet woonde. Huwde in 1806 Guurtje Jacobsd. de Vries en kreeg met haar de kinderen Grietje, Jacob, Maartje, Cornelis, Neeltje en Guurtje. Cornelis kwam in 1847 als vennoot in het papierbedrijf. Maartje huwde Jan Jacobsz. Breet en woonde na haar huwelijk in het Honig Breethuis.

GRIETJE_JACOBSD_BREET_vierkant

Grietje Jacobsd. Breet (1799-1867)

Oudste dochter uit het gezin Breet-de Jager. Kwam slechts als gast van haar grootouders, ouders en broer over de vloer bij het Honig Breethuis. Huwde in 1820 de koopman en oliefabrikant Klaas Smit met wie zij in 1835 een dochtertje kreeg, genaamd Grietje Smit. Deze Grietje Dekker-Smit werd door haar oom Jan Jacobsz. Breet aangewezen als universeel erfgenaam.

CORNELIS_JACOBSZ._BREET_vierkant

Cornelis Jacobsz. Breet (1800-1852)

Oudste zoon uit het gezin Breet-de Jager. Witpapierfabrikeur ter firma C. & J. Honig Breet, in vennootschap met zijn broertje Jan en neef Cornelis Klaasz. Breet. Huwde in 1827 Stijntje Cornelisd. Haremaker. Het huwelijk eindigde kinderloos en in een scheiding. Kwam slechts als gast van haar grootouders, ouders en broer over de vloer bij het Honig Breethuis. Ligt begaven op de Algemene begraafplaats in het graf van zijn ouders.

Aagje Breet

Aagje Jacobsd. Breet (1802-1824)

Middelste dochter uit het gezin Breet-de Jager. Was verloofd met Jan Alberti. Woonde aan de Lagedijk 93. Kwam slechts als gast van haar grootouders over de vloer bij het Honig Breethuis. Verdronk op 22-jarige leeftijd in de Zaan.

MAARTJE_JACOBSD._BREET_vierkant

Maartje Jacobsd. Breet (1807-1885)

Jongste dochter uit het gezin Breet-de Jager. Kalligrafeerde als kind nieuwjaars-, verjaars- en pinksterwensen aan haar grootouders en ouders. Woonde van 1826 tot haar huwelijk in 1832 met de koopman en oliefabrikant Willem Honigh in Het Honig Breethuis en daarna aan de Lagedijk 56. Zij werd moeder van de kinderen Geertje, Grietje, Trijntje, Aagje, Maartje, Jacob en Willemina. In 1866 kocht Willem Honigh het Groote Huis aan de Lagedijk 146. Maartjes dochter Aagje huwde de papierfabrikeur Jan Honig Cz. Maartje ligt met haar man begraven op de Algemene Begraafplaats in Zaandijk.

Jan Jacobsz._Breet_vierkant

Jan Jacobsz. Breet (1815-1892)

Jongste zoon uit het gezin Breet-de Jager. Witpapierfabrikeur ter firma C. & J. Honig Breet, in vennootschap met zijn broer Cornelis en neef Cornelis Klaasz. Breet. Huwde in 1837 zijn volle nicht Maartje Klaasd. Breet. Presteerde goed op school en hield van harddraverij. Stond bekend als een sociaalvoelend man. Zag zich genoodzaakt in 1879 het familiebedrijf te liquideren.

Grietje_Klaas_Nen_ZOV-04387_vierkant

Grietje Klaas Nen (1744-1826)

Tweede echtgenote van de witpapierfabrikeur Cornelis Breet, die samen met zijn broer Arent het bedrijf C. & J. Honig aankocht. Cornelis en Grietje Nen huwden in 1767 en kregen de kinderen Grietje, Jacob en Klaas. Sinds 1770 bewoonde het gezin het Honig Breethuis. Cornelis woonde eerder op Lagedijk 16 en was eveneens eigenaar van de Bredenhof.

Grietje_Cornelisd._Breet_vierkant

Grietje Cornelisd. Breet (1772-1830)

Dochter van de witpapierfabrikeur Cornelis Breet en Grietje Klaas Nen. Huwde de Kooger oliefabrikeur en walvisreder Cornelis Klaasz. Honig (1773-1845), met wie zij vijf kinderen kreeg: Machteltje, Neeltje, Klaas, Cornelis en Gerrit. Woonde in de Dubbele Buurt te Koog aan de Zaan. Dit woonhuis is in 1939 herbouwd in het Openluchtmuseum te Arnhem.

GRIETJE_JANSd_DE_JAGER_vierkant

Grietje Jansd. de Jager (1776-1837)

Kleindochter van de Kooger burgemeester Evert de Jager. Huwde in 1798 Jacob Cornelisz. Breet met wie zij de kinderen Grietje, Cornelis, Aagje, Maartje en Jan kreeg. Daarnaast baarde zij twee kinderen die kort na de geboorte stierven. Bovendien moest zij haar dochter Aagje na een verdrinkingsdood ten grave dragen. Zelf ligt Grietje met haar man begraven op de Algemene Begraafplaats in Zaandijk.

JACOB_CORNELISZ._BREET_vierkant

Jacob Cornelisz. Breet (1778-1847)

Witpapierfabrikeur ter firma C. & J. Honig Breet met zijn jongere broer Klaas Breet. Huwde in 1798 Grietje Jans de Jager en kreeg met haar de kinderen Grietje, Cornelis, Aagje, Maartje en Jan. Werd geboren in het Honig Breethuis en erfde de woning bij het overlijden van zijn moeder. Daarna liet hij de kamer aan de dijkzijde verfraaien met behangselschilderingen en gaf bovendien opdracht tot de bouw van een luchthuis aan de Zaan.

Klaas_Cornelisz_Breet_vierkant

Klaas Cornelisz. Breet (1784-1846)

Witpapierfabrikeur ter firma C. & J. Honig Breet met zijn oudere broer Jacob Breet. Kocht de papierfabrikeurswoning aan de Lagedijk 48, waar voorheen zijn oom Arent Breet woonde. Huwde in 1806 Guurtje Jacobsd. de Vries en kreeg met haar de kinderen Grietje, Jacob, Maartje, Cornelis, Neeltje en Guurtje. Cornelis kwam in 1847 als vennoot in het papierbedrijf. Maartje huwde Jan Jacobsz. Breet en woonde na haar huwelijk in het Honig Breethuis.

GRIETJE_JACOBSD_BREET_vierkant

Grietje Jacobsd. Breet (1799-1867)

Oudste dochter uit het gezin Breet-de Jager. Kwam slechts als gast van haar grootouders, ouders en broer over de vloer bij het Honig Breethuis. Huwde in 1820 de koopman en oliefabrikant Klaas Smit met wie zij in 1835 een dochtertje kreeg, genaamd Grietje Smit. Deze Grietje Dekker-Smit werd door haar oom Jan Jacobsz. Breet aangewezen als universeel erfgenaam.

CORNELIS_JACOBSZ._BREET_vierkant

Cornelis Jacobsz. Breet (1800-1852)

Oudste zoon uit het gezin Breet-de Jager. Witpapierfabrikeur ter firma C. & J. Honig Breet, in vennootschap met zijn broertje Jan en neef Cornelis Klaasz. Breet. Huwde in 1827 Stijntje Cornelisd. Haremaker. Het huwelijk eindigde kinderloos en in een scheiding. Kwam slechts als gast van haar grootouders, ouders en broer over de vloer bij het Honig Breethuis. Ligt begaven op de Algemene begraafplaats in het graf van zijn ouders.

Aagje Breet

Aagje Jacobsd. Breet (1802-1824)

Middelste dochter uit het gezin Breet-de Jager. Was verloofd met Jan Alberti. Woonde aan de Lagedijk 93. Kwam slechts als gast van haar grootouders over de vloer bij het Honig Breethuis. Verdronk op 22-jarige leeftijd in de Zaan.

MAARTJE_JACOBSD._BREET_vierkant

Maartje Jacobsd. Breet (1807-1885)

Jongste dochter uit het gezin Breet-de Jager. Kalligrafeerde als kind nieuwjaars-, verjaars- en pinksterwensen aan haar grootouders en ouders. Woonde van 1826 tot haar huwelijk in 1832 met de koopman en oliefabrikant Willem Honigh in Het Honig Breethuis en daarna aan de Lagedijk 56. Zij werd moeder van de kinderen Geertje, Grietje, Trijntje, Aagje, Maartje, Jacob en Willemina. In 1866 kocht Willem Honigh het Groote Huis aan de Lagedijk 146. Maartjes dochter Aagje huwde de papierfabrikeur Jan Honig Cz. Maartje ligt met haar man begraven op de Algemene Begraafplaats in Zaandijk.

Jan Jacobsz._Breet_vierkant

Jan Jacobsz. Breet (1815-1892)

Jongste zoon uit het gezin Breet-de Jager. Witpapierfabrikeur ter firma C. & J. Honig Breet, in vennootschap met zijn broer Cornelis en neef Cornelis Klaasz. Breet. Huwde in 1837 zijn volle nicht Maartje Klaasd. Breet. Presteerde goed op school en hield van harddraverij. Stond bekend als een sociaalvoelend man. Zag zich genoodzaakt in 1879 het familiebedrijf te liquideren.