Wijnand Esser, rondreizende pastelkunstenaar

Een van de spotprenten over Napoleon. Wijnand Esser omstreeks 1815.
Een van de spotprenten over Napoleon. Wijnand Esser omstreeks 1815.

10 december 2017 – In het Honig Breethuis hangen pastelportretten van leden van de families Breet, Honig en Kool. Ze werden in 1817 gemaakt door pastelkunstenaar Wijnand Esser. Wijnand Esser werd op 21 mei 1779 in Keulen geboren. Hij woonde in Amsterdam en verhuisde in 1797 naar Groningen waar hij portretten maakte en tekenles gaf.
Verder woonde hij enige tijd in Den Haag; daar was hij kunsthandelaar, uitgever en venter van prenten. Een deel van zijn leven reisde hij als portretkunstenaar door Nederland. Ook maakte hij rond 1815 een serie spotprenten over Napoleon. Op 9 mei 1860 overleed hij in Amsterdam op tachtigjarige leeftijd. In de overlijdensakte werd hij omschreven als ‘kunstcooper’.

Fotograaf avant la lettre

Wijnand Esser reisde rond om de welgestelde inwoners van het Nederland van het eerste kwart van de negentiende eeuw te portretteren. Reizende portretkunstenaars waren de voorlopers van de fotografen die lange tijd bij gezinnen langs gingen om met name de kinderen te portretteren. Na de uitvinding in 1839 in Frankrijk van de fotografie, schakelden veel reizende pastellisten over op het nieuwe medium.

Zaanse notabelen

In 1817 portretteerde Esser de Zaanse notabelen. In het Honig Breethuis hangen de portretten van Grietje Klaasd. Nen (1744-1826, de moeder van Jacob Breet), Jacob Cornelisz. Breet (1778-1847), zijn vrouw Grietje Jans de Jager (1776-1836), en hun kinderen, onder wie de in 1824 gestorven Aagje. In de gaanderij hangt het portret van Grietje Klaasd. Nen, 73 jaar oud. Het portret is lange tijd uit zicht geweest, omdat de familieleden die het in bezit hadden Grietjes tandeloze mond weinig aantrekkelijk vonden. Ook Grietje Jacobs Breet, dochter van Jacob Cornelisz Breet en Grietje de Jager, werd door Esser geportretteerd. Grietje is op het portret achttien jaar oud. Zij draagt, zoals alle Zaanse dames van aanzien, de kanten kap met oorijzer en gouden zijveren. Esser beeldde ook het zusje Aagje Jacobs Breet (1802-1824) af. Toen haar broertje Jan Jacobsz. Breet (1815-1892) werd geportretteerd (in een jurkje, gebruikelijk voor jongetjes in die tijd), was hij tweeënhalf jaar oud. Broer Cornelis Jacobsz. Breet (1800–1852) is eveneens door Esser vereeuwigd op zeventienjarige leeftijd. Met alle familiebetrekkingen is het niet verwonderlijk dat Esser meer Zaanse notabelen afbeeldde zoals Neeltje Jans de Jager, echtgenote van Jan Jacobz. Kool. Kool werd zelf ook door Esser geportretteerd.

Het medium pastel(krijt)

Pastel werd in de zestiende eeuw in Italië uitgevonden en was geliefd in de achttiende eeuw voor de ogenschijnlijk luchtige portretten uit die tijd. Het medium maakt snel werken mogelijk en na het opzetten van een schets kan men al tekenend aan de uitwerking beginnen. Pasteltekeningen zijn zeer gevoelig voor licht en mechanische schade, dit laatste omdat de kleurstoffen nauwelijks hechting aangaan met de (papieren of perkamenten) drager. Daarom zijn de portretten in het Honig Breethuis reproducties; de originelen liggen in het depot van het Zaans Museum. Niettemin wordt duidelijk hoe een Zaanse fabrikeursfamilie van omstreeks 1830 zich kleedde.

Kijk voor de levensbeschrijvingen van de vroegere bewoners van Lagedijk nr. 80 op de pagina Maak kennis met de vroegere bewoners

Bronnen: www.zaansmuseum.nl/collectieonline/esser; Nieuwsbrief Honig Breethuis 41 – 2017