Winterschilder in kleinste kamertje
23 februari 2018 – Afgelopen maand was in het Honig Breethuis de winterschilder, in de persoon van Bert Bommerson uit Assendelft, aan het werk. Eerder restaureerde hij bij het groot onderhoud in 2015 onder meer de houtimitatie op de wanden van het kantoortje. Nu ging het om de ruimten tussen de achttiende-eeuwse woonkeuken en de vroegnegentiende-eeuwse Zaankamer, die in 2013 respectievelijk okergeel en ‘mennistenblauw’ werden geschilderd.
De gang en het ‘tussenvertrek’ waren ditmaal aan de beurt. Deze ruimten zijn opnieuw donkerblauw geschilderd en voorzien van witte biezen op de paneeldeuren. Het tussenvertrek is de ruimte vanwaar de dienstbode via de wenteltrap toegang had tot de bovenverdieping. Oorspronkelijk was in deze ruimte ook een bedstee ondergebracht, die in 1999 plaats heeft gemaakt voor een publiekstoilet.
Uniek is het inpandige privaat, naast de deur van de wenteltrap naar de voormalige bodevertrekken, waar tegenwoordig de papierexpositie is ondergebracht. Het kleinste kamertje herbergt sinds 2014 een negentiende-eeuwse porseleinen Hopper-toiletpot, voorzien van fraaie landschapsdecoraties.
Na kritische studie van de nog aanwezige verflagen in het privaat, is gekozen voor een historische kleurstelling in drie kleuren: zachtgroen voor de wanden, okergeel voor de opstaande delen van de ‘poepdoos’ en bruin-ossenbloed voor het deksel en de vloer. Daarmee is dit intiemste vertrek in het Honig Breethuis weer museaal toegankelijk.
De schilderbeurt werd mogelijk gemaakt dankzij de huisbaas van het Honig Breethuis, de gemeente Zaanstad, met dank aan Herman Sterk en Miranka Stel.